Als een biggetje geboren is, heeft het een slechte weerstand. De weerstand wordt verbetert door de eerste melk die de big krijgt van de moeder als het net geboren is. De eerste melk van de zeug noem je ‘biest’. In biest zitten veel weerstandseiwitten, de big krijgt zo zijn eerste weerstand binnen. Biggen hebben na ongeveer 3 dagen ieder hun eigen speen.

 

Na 26 dagen worden de biggen gescheiden van hun moeder. De biggen krijgen nog steeds melk, maar dan via een schaaltje. Daarnaast krijgen de biggen droogvoer, dit zijn droge brokken. De biggen groeien snel. Zorg er daarom voor dat je de biggen gedurende hun groeiperiode overplaatst naar een hok dat groot genoeg is voor de biggen. Laat de biggen buiten en zorg voor een touw of ketting waar de biggen mee kunnen spelen. Speeltjes zijn verplicht voor biggen. Biggen zijn speels en als ze zich gaan vervelen gaan ze dingen uit proberen. Meestal is dit dingen slopen, uitbreken uit het hok of met een grotere groep biggen een big mishandelen. Gebeurt dit, haal dan de big uit de groep. Biggen zijn lomp en hierdoor kunnen ze gevaarlijk zijn en kan de big mishandelt worden door de andere biggen tot dat de big dood is. Biggen zijn al snel 120 kg houdt hier rekening mee!

Biggen nadat ze van de zeug gescheiden zijn, in groepshuisvesting.