Een zeug krijgt gemiddeld 10 tot 14 biggen, tegenwoordig wordt de werpgrootte steeds hoger. Het werpen duurt gemiddeld 1 tot 2 uur, wanneer een zeug voor de eerste keer werpt duurt dit vaak langer namelijk 3 tot 4 uur. Zeugen zullen zich als ze in een groep bevinden gaan afzonderen en een nest gaan bouwen van stro net voordat ze gaat werpen. De zeug kondigt de worp van iedere big aan door te zwaaien met haar staart. In tegenstelling tot veel andere zoogdieren eet het varken de placenta’s niet op. Dit geeft de boer een goede mogelijkheid om te controleren of alle placenta’s in zijn geheel zijn afgekomen. Wanneer dit niet het geval is, is het raadzaam om een dierenarts te raadplegen. Als er delen van de placenta achterblijven in de zeug kan dit namelijk leiden tot baarmoederontsteking
Zodra de biggen geboren zijn is het belangrijk dat men controleert of alle biggen een tepel zoeken om melk op te nemen. De eerste melk, biest, bevat namelijk antistoffen die de big nodig heeft om zijn afweersysteem op gang te brengen. Als de big dit niet zelfstandig kan dient men hem aan de tepel te leggen. Wanneer men tijdens het werpen constateert dat het vruchtvlies om een big compleet gesloten is, is het belangrijk om de snuit vrij te maken. Dit is om te voorkomen dat de big stikt. De navelstreng wordt door de zeug afgebeten, wanneer dit niet gebeurd moet men hem zelf doorscheuren. Het afscheuren mag niet te dicht bij de buikwand gebeuren. Vervolgens zal de big door het stro gaan rollen om zich van de navelstreng en het vruchtvlies te ontdoen.
Maak jouw eigen website met JouwWeb